In Amsterdam lopen wachttijden voor sociale huur op tot zestien jaar. En dat terwijl de commerciële huur- en koopprijzen in de afgelopen zes jaar zijn verdubbeld. Wethouder Ivens (Wonen, SP) vindt dat corporaties meer moeten bouwen: “In de afgelopen zes jaar hebben de Amsterdamse woningcorporaties één miljard euro aan verhuurderheffing betaald. Daar hadden ze ook zesduizend woningen van kunnen bouwen.”

 

Festivaldecorbouwer John* uit Amsterdam, die momenteel zonder werk zit vanwege de coronacrisis, woonde bijna anderhalf jaar in zijn caravan. Hij kampeerde aan de rand van de hoofdstad omdat hij er geen betaalbare woning kon vinden. We spreken de economisch dakloze John voor ons onderzoek Woonproblemen.

Boete

“Ik woonde eerst in onderhuur. Maar daar moest ik op een gegeven moment uit. Toen stond ik op straat”, vertelt John. “Ik kwam niet aan een sociale huurwoning, de wachtlijsten zijn erg lang, en particulier is te duur. Dan moet je zo’n vijftienhonderd euro per maand kunnen neerleggen. Ik logeerde bij vrienden, maar daar kon ik ook niet altijd terecht. Toen ben ik met mijn caravan in een veldje gaan staan, bij Duivendrecht en Amsterdam-Zuidoost. Af en toe kwam de politie controleren, ik kreeg wel eens een boete. Dan trok ik weer verder. Zo heb ik bijna twee jaar gewoond.”

Inmiddels woont John alweer een jaar in het passantenpension van opvangorganisatie HVO-Querido, terwijl het de bedoeling is dat de hotelgasten na een half jaar weer vertrekken. Hij reageert regelmatig via woningnet op woningen, maar zonder succes. John hoopt dat de opvangorganisatie hem kan helpen met het vinden van een geschikte woning.

"Johns verhaal illustreert hoe groot de behoefte is aan betaalbare woonruimte”, reageert Barbara Velthuizen, directeur Zorg bij HVO-Querido. Ze doet een oproep aan de overheid om te voorkomen dat meer mensen dakloos raken door de woningnood: “We vragen de rijksoverheid om stevig te investeren in het beschikbaar maken van woonruimte."

‘Wrange vruchten’

In een interview met presentator Teun van de Keuken noemt Laurens Ivens, wethouder Wonen in Amsterdam wachttijden voor sociale huur van vijftien jaar “absurd”. De huren en huizenprijzen zijn sinds de laatste crisis verdubbeld, Amsterdam dreigt steeds meer een stad voor de rijken te worden en dat vindt de SP-wethouder “een hele grote zorg”.

Ivens: “De grootste delen van Amsterdam zijn in handen van marktpartijen. En daar zie je gekke dingen met de prijs gebeuren. Sinds zes jaar geleden zijn de koop- en huurprijzen ongeveer verdubbeld. Dat is bizar, want de inkomens zijn niet zo hard toegenomen. Een groot deel van de woningen is onbetaalbaar aan het worden.”

De wethouder ziet voor het bijbouwen van sociale huurwoningen een taak weggelegd voor de woningcorporaties. Maar die hebben weinig financiële armslag, omdat ze de verhuurderheffing, een belasting op de verhuurde woningen, moeten betalen aan het Rijk.

De verhuurderheffing is een hele domme maatregel geweest, een rem op de nieuwbouw. Daar plukken we nu de wrange vruchten van.

Laurens Ivens, wethouder Wonen Amsterdam

Ivens maakt als volgt de berekening: “In de afgelopen zes jaar hebben de Amsterdamse woningcorporaties één miljard euro verhuurderheffing betaald. Daar hadden ze ook zesduizend woningen van kunnen bouwen. Ik zou liever zesduizend woningen hier zien.” Hij vervolgt: “De verhuurderheffing is een hele domme maatregel geweest, een rem op de nieuwbouw. Daar plukken we nu de wrange vruchten van.”

Overigens ziet Ivens niet alleen de verhuurderheffing als boosdoener, maar ook de geëxplodeerde marktprijzen. “Je zou ook maximale huurprijzen voor woningen moeten invoeren.”

*De naam is gefingeerd wegens privacy, echte naam is bekend bij de redactie.

Makers

Verslaggever / Redacteur